woensdag 1 januari 2014

De Contra-Verlichting: Contra Kant (3)

In de Verlichting kwamen de rede en de mens centraal te staan. Maar er was ook een beweging die zich hiertegen verzette: die vast wilde houden aan geloof, absolute machthebbers die hun autoriteit ontleenden aan God in een totalitaire staat. In deze serie: Kant. 


Kant heeft de geest opgesloten in de schedel, en die afgesloten van de externe wereld.

Vervolg van deel 2: "De Ravage van Rousseau"

Immanuel Kant (1724-1804) wordt vaak verkeerd geclassificeerd als behorend tot de Verlichting. Maar zijn geest is op essentiele punten in tegenspraak met de waarden van die beweging. Bovendien heeft hij niet de mentaliteit van een wetenschapper, maar van een gelovige. Kant kenmerkt zich met zijn beweging door intellectuele onoprechtheid. Zijn 'trucje' was de ratio op een onredelijke manier op te rekken en de uitkomst te gebruiken om de rede te ontkrachten: dat culmineerde in zijn 'Kritiek op Pure Rede'. Postmodernisten hebben het kunstje omarmd en passen het toe in allerhande debatten.

In de Tweede Inleiding van zijn Eerste Kritiek schrijft Kant dat hij ...
"het noodzakelijk achtte kennis te ontkennen om ruimte te scheppen voor het geloof." ...
Dat zijn niet bepaald de woorden van een wetenschapper. Kant was een vurig Luthers Pietist en een fervent aanhanger van Rousseau. Voor hem was het individu weinig meer dan een miserabele zondaar die een strenge meester nodig heeft; de mens is slechts bruikbaar als kanonnenvoer, zodat die verschrikkelijke ervaring wellicht leidt tot loutering van de ziel.

Progressiviteit en de Nieuwe Wereldorde

Kant voorziet een geleidelijke progressie naar het apocalyptisch einde der tijden waarin strijd, oorlog en conflict de boventoon voeren. Dit brengt de mens als soort naar een steeds hogere morele orde. Dit proces zal uiteindelijk leiden tot een wereldregering en een internationale, cosmopolitische statenfederatie, die in vrede wacht op de Dag des Oordeels. Volgens Kant is dat Gods geheime plan. Wel was hij zo oprecht toe te geven, dat dat dit ideaal ook wel eens zou kunnen leiden tot de ergst denkbare tirannie waaraan, door zijn mondiale omvang, geen ontsnapping mogelijk is. Hier zien we natuurlijk de geboorte van het idee van de 'Nieuwe Wereldorde'. 

Terwijl de Verlichters werkten aan de scheiding van kerk en staat, bedachten de filosofen in de traditie van Rousseau, Kant en Hegel - ja, zelfs hun atheistische volgingen - iets anders. Als proto-linksisten verwarden ze 'zoals het is', met 'zoals het zou moeten zijn' (de Wet van Hume) en begonnen te streven naar paradijzen op aarde, nu vaak synoniem met de ons zo bekende totalitaire distopieen.

De waarden van de Verlichting werden afgeschud en vervangen door filosofische principes die thuishoren in theologie: realisme werd idee-alisme, individualisme werd collectivisme, en intuitie en openbaring namen de plaats in van rede en empirische ervaring als bronnen van kennis en wijsheid; sociale en sociologische theorieen gingen klassiek-liberale filosofie vervangen.

Plato's gekluisterde geest

Hoewel postmodernisten tegenwoordig meestal virulent atheistisch zijn, zijn het waardige volgelingen van Rousseau, Kant en Hegel (deel 4), in dat ze de meest irrationele beweringen moeiteloos accepteren als alternatief dogma. Het blijven gelovigen.

Plato leert het principe van de inherente, onstoffelijke kennis, die gescheiden is van de fysieke mens. Die fysieke mens wordt dan tot een obstakel om in contact te komen met die aangeboren kennis, een barriere tussen geest en externe werkelijkheid.

Bovendien worden menselijke onvolkomenheden (bijvoorbeeld kleurenblindheid) door Kant opgevoerd als bewijs van de ondeugdelijkheid en verradelijkheid van onze zintuigen als geheel. Om het standpunt van Kant ten aanzien van de scheiding van geest en externe werkelijkheid aan te geven, heeft de Objectivistische filosoof Stephen Hicks in "Explaining Postmodernism" de volgende feministische vergelijking getrokken:
als je Kant volgt, zeg je eigenlijk dat de vrouw volledig zelfstandig en vrij is, maar wel alleen in de keuken; Kant heeft de geest opgesloten in de schedel, en die afgesloten van de externe wereld.

Amoralisme

Het is ironisch dat de contra-Verlichters, die juist een goddeloze, onspirituele en amorele toekomst als gevolg van rede en individualisme wilden voorkomen, uitgerekend Kants subjectivisme en de kluistering van de geest hebben voortgebracht.

Hicks: "Once reason is in principle severed from reality, one enters a different philosophical universe altogether." Volgens de postmodernisten bestaat er niet zoiets als 'de' waarheid in zichzelf (volgens Kant). Het is juist deze bewering, waardoor de kennis van het verschil tussen goed en kwaad - de moraliteit - het eerste slachtoffer is geworden.

Subjectivisme: gedachte maakt realiteit

Kant beweerde tevens dat externe werkelijk zich voegt naar de rede, en niet andersom. Als bij toverslag is nu de geest de bron geworden van realiteit, in plaats dat andersom, externe informatie wordt gegeven aan de geest. Dit is de beruchte verschuiving van objectiviteit naar subjectiviteit die de basis vormt voor het narcistische syndroom, "Meester van het Universum" (ieder mens creert zijn eigen persoonlijke versie van de realiteit). Volgens deze waarheid is wat wij wetenschap noemen, slechts een Westerse subjectieve beleving!

Het roept de vraag op, als ik vannacht overlijd, gaat morgen de zon dan wel op? Einstein heeft een subjectivist eens gevraagd: denkt u werkelijk dat het universum niet bestaat als u er niet naar kijkt?

In zijn boek "Science Before Science" klaagt Anthony Rizzi over Kants geinstitutionaleerde idee-alisme,  ...

" ... it is the default declared position in academia and in nearly all other environments. Kant's success is partly explained by his tying his philosphical system to Newtonian physics [which he wanted to] have a certainty that it did not have. However, Kant thought that one could not know the thing itself
(...) Kant and Kantians múst say, "Kant doesn't know anything about anything." Such is always the end of the matter when one forgets that all knowledge in man comes through the senses. We non-Kantians can be simultaneously more accurate and kinder; we can say, "The foundational principles of Kant's philosophical system were wrong, but still he knew a lot of other things."
Dit enthousiasme moet meteen naar beneden bijgesteld worden in een voetnoot:
"Many attribute to Kant a developed skill in physics. Physisist and renowned philosopher and historian of science, Fr. Stanley Jaki has shown that Kant's knowledge and ability in physics was minimal (though Kant considered himself another Newton) (...) the book [Universal Natural History] is a storehouse of inaccuracies, contradictions and amateurism and plain fancy."
Kant is zo belangrijk voor de contra-verlichting dat hij een eigen pagina heeft. Wat voor narigheid treffen we zoal nog meer aan als gevolg van Kantiaans subjectivisme?

In de volgende aflevering uit Hegel Gehoond: "Hegels thema was de staat. Vrijheid is niet inherent, zoals de aanhangers van de Verlichting beweren, maar wordt verleend door de staat". Deel 4.


Links naar de serie over de Contra-Verlichting
Deel 1: Inleiding
Deel 3: Contra Kant
Deel 4: Hegel Gehekeld

Engelstalige bewerking, The Counter Enlightenment
Part 1: Introduction