maandag 26 oktober 2015

(Long Read) De Wereld vanuit Russisch perspectief

Het geopolitieke paradigma is snel aan het veranderen. Grote economische machtsblokken zijn zich aan het vormen die grotendeels langs de oude, ideologische breuklijnen lopen. Tijd om eens te kijken naar de wereld vanuit het perspectief van Rusland. Een essay van de Vlaamse objectivist, Nikolaas de Jong. 


Veroveringen van de Mongolen in 1259. Klik voor BIG. (Bron)

Het Russische Stockholmsyndroom.


Door Nikolaas de Jong

In een recent artikel in Russia-Insider stelt Ruslandkenner Paul Robinson dat Rusland, in tegenstelling tot het Westen, altijd vrij harmonieuze relaties heeft gehad met Azië, en dan vooral met de Islamitische wereld. (Bron) Terwijl Westerlingen de Islam aanvankelijk vreesden en later gingen minachten, behielden de Russen altijd een zekere bewondering voor de Islamitische beschaving. Die houding van bewondering, of althans van respect, verklaart volgens hem dan ook perfect waarom Rusland het vandaag de dag veel beter doet dan wij in het Midden-Oosten: de Russen zijn er eerder om problemen op te lossen van mensen die ze begrijpen en min of meer als gelijken beschouwen, terwijl de Westerlingen vooral geïnteresseerd zijn in de neokoloniale exploitatie van “inferieure” volkeren.

Dat de Russen vaak een positiever beeld hebben van het Oosten, met name de Islam en China, daarin heeft Robinson gelijk. Maar wat is de oorzaak voor dit verschil in houding? Volgens Robinson heeft het voornamelijk te maken met het feit dat Rusland een vrij positieve ervaring heeft gehad met de culturen van het Oosten.

Volgens hem waren de Mongolen helemaal niet zo erg als hun reputatie doet vermoeden: ze waren slechts geïnteresseerd in tribuut en bedreigden de Orthodoxe religie niet. En daarom waren ze eigenlijk minder erg dan de Westerlingen, die hun religie wilden opdringen. Ook voor de rest van haar geschiedenis heeft Rusland niet al te veel problemen gehad met Moslims en andere Oosterlingen, stelt Robinson. Eigenlijk hebben de Russen doorheen hun geschiedenis vooral het Westen gevreesd.

Robinsons redenering is op zijn minst gezegd nogal contra-intuïtief. Heeft Rusland echt meer te lijden gehad onder het Westerse imperialisme dan onder de vreedzame, tolerante culturen van het Oosten? Om te beginnen gaat Robinson wel heel snel over de Mongoolse overheersing van Rusland, die wel degelijk zeer onderdrukkend was, en in elk geval erger dan alles wat Westerlingen Rusland ooit aangedaan hebben.

Verder beweert hij dat de Russische oorlogen tegen de Turken en de verovering van Centraal-Azië in de negentiende eeuw geen vijandigheid tegenover de Islam impliceerden – wat Europeanen natuurlijk evengoed over veel van hun oorlogen tegen Islamitische staten zouden kunnen beweren.

En het is opmerkelijk dat Robinson niets te zeggen heeft over het geval van Tsjetsjenië, waar de Russen al twee eeuwen lang nog intoleranter zijn tegenover Moslims dan je van de Amerikanen in Irak en Afghanistan zou kunnen zeggen. Als een bepaalde regio van geopolitiek belang is voor Rusland, is er duidelijk niet veel respect meer voor de speciale band met Azië.

Wat ten slotte de relaties met China aangaat, vergeet Paul Robinson handig dat de Russen in het koloniale tijdperk gewoon met de Westerse grootmachten meewerkten aan de opsplitsing van China; en Russisch racisme tegen Chinezen was helemaal niet beperkt tot enkele geïsoleerde intellectuelen, zoals hij beweert. Als we op het verleden afgaan, is het wat mij betreft in elk geval moeilijk te zeggen waarom de Russen nu precies een betere ervaring met de Islam en het Oosten zouden gehad hebben dan wij.

Maar vooral als we eens denken aan de huidige stand van zaken, blijkt dat Robinson zoals zoveel Russische vrienden van het Oosten zijn wensen voor werkelijkheid neemt. Wie de Islam kent, weet natuurlijk dat Moslims neerkijken op alle ongelovigen, of dat nu Westerse imperialisten of Orthodoxe Russen zijn die hen nochtans “respecteren”. Wanneer ze er de kans toe krijgen, zullen Moslims er geen graten inzien Rusland voor de Islam te winnen; en de Russen zullen stank voor dank krijgen.

Dat kunnen we trouwens al mooi zien aan het feit dat de etnische Russen massaal en onder druk zijn weggetrokken uit de voormalige deelstaten van de USSR in Centraal-Azië: de Moslims daar zijn blijkbaar niet echt van mening dat Rusland en Azië in harmonie kunnen leven.

En tot die Moslims moeten we ook de Iraanse Sjiieten rekenen, die volgens Rusland toevallig de “goede” Moslims zijn omdat ze Russische bondgenoten zijn, in tegenstelling tot de Soennitische Arabieren die door de VS gesteund worden. Wanneer Iran klaar is met het Westen, is Rusland aan de beurt.

Dan zijn er de verhoudingen met China: sinds een jaar geleden is veel fanfare gemaakt rond de Russische samenwerking met China, vooral in de energiesector, maar intussen is het een publiek geheim dat de termen van de grote gasdeal tussen de twee landen zeer nadelig waren voor Rusland.

Na ruzie met het Westen werd Poetin in feite gedwongen om met de Chinezen samen te werken, tegen welke voorwaarden dan ook. Daarnaast maakt de legerleiding in het Kremlin zich in toenemende mate zorgen over de bedreiging voor het dunbevolkte Siberië die voortkomt uit de groeiende militaire macht van China – overigens gedeeltelijk mogelijk gemaakt door de verkoop van Russisch wapentuig aan de nieuwe vriend in het Oosten.

Als Rusland niet veel goeds mag verwachten van de Oosterse culturen, waarom dan die genegenheid voor Oosterse culturen en verguizing van het Westen? De Russische bewondering voor het Oosten is ideologisch gemotiveerd. In de eerste plaats zou je kunnen zeggen dat het om een soort Stockholmsyndroom gaat.

De Russische geschiedenis is zodanig verweven met die van haar Aziatische onderdrukkers (de Mongolen), en de Russische cultuur heeft zodanig veel elementen van hen overgenomen, dat het zeer moeilijk is voor de Russen om die zware erfenis zomaar te verwerpen. Azië zit in hen, en ze moeten dat Aziatische element op de een of andere manier weten te rationaliseren.

Vooral moeten ze er iets positiefs van maken, want een erfenis meedragen terwijl je weet dat die erfenis voortkomt uit een zwarte tragedie, is ondragelijk voor een mens. Daarom hebben de Russen zichzelf ervan overtuigd dat de Mongoolse invallen Rusland deugd hebben gedaan, dat ze de Russen hun eigenheid en sterke eigenschappen gegeven hebben. Er is wel wat bloed vergoten geweest, maar uiteindelijk was het allemaal voor een hoger doel.

Het is trouwens interessant op te merken dat de Russen aan een gelijkaardig Stockholmsyndroom lijden wat betreft de communistische erfenis: omdat ze moeilijk zeventig jaar van hun recente geschiedenis naar de vuilbak van de geschiedenis kunnen verwijzen, hebben ze zichzelf ervan overtuigd dat het communisme, en ja zelfs Stalin, essentieel waren om van Rusland een trotse grootmacht te maken.

De Russische bewondering voor de onderdrukker, en haat voor het Westen dat nochtans zoveel aan Rusland gegeven heeft in termen van cultuur en wetenschap, heeft ook een andere reden die typisch is voor niet-westerse landen. Vaak spreekt men van de tegenstelling tussen het Westen en de Rest, terwijl de waarheid natuurlijk is dat niet-westerse volkeren elkaar al veel meer ellende hebben aangedaan dan ze van de Westerlingen te verduren hebben gehad.

Maar het Westen is de enige onderdrukker die economisch en cultureel veel verder ontwikkeld was dan de rest van de wereld, wat afgunst opwekt, en de Westerse expansie ging ook gepaard met de afbraak van traditionele structuren in de rest van de wereld; het imperialisme van de Westerlingen was in termen van slachtoffers minder erg dan dat van veel andere culturen en rijken, maar het liet een veel sterkere indruk na.

Om die redenen wekken Westerse wandaden dus veel meer verontwaardiging op dan die van andere culturen en volkeren. Bovendien weet men zeer goed dat het Westen gemakkelijk te bekritiseren valt, omdat Westerlingen de enigen zijn die hun eigen cultuur en gedrag in vraag stellen.

Russen weten bijvoorbeeld dat Amerikanen het nodig zullen vinden beschuldigingen van imperialisme aan hun adres te weerleggen, en velen van hen ook zullen instemmen met de Russische kritiek; maar moesten Russen dezelfde kritiek richten tot China, laat staan Islamitische landen, dan zou men in die landen gewoon de schouders ophalen of zeer agressief reageren.

Verder deelt de Russische cultuur ook gewoon enkele kenmerken met de Oosterse culturen, voornamelijk collectivisme en mysticisme. Net zoals de Moslims en andere Aziaten vallen de Russen voortdurend de decadente Westerse massaconsumptiemaatschappij aan, evenals de spirituele bouwstenen van het Westen, individualisme en rationalisme. Sommige Russische denkers dromen ervan samen met de Moslims en China een economische en culturele ruimte te creëren die een alternatief biedt voor het materialistische Westen.

Een soort utopie, eigenlijk, want de Russen zijn helemaal niet anti-materialistisch; ze willen gewoon dezelfde materiële welvaart hebben als het Westen, maar dan zonder de vitale kenmerken van de Westerse cultuur (net zoals de communisten en Moslims ook onze cultuur verwerpen, maar naar de materiële producten van onze cultuur verlangen.).

Of anders gezegd: zonder de de inspanning die komt kijken bij individueel initiatief nemen en logisch nadenken. De “Eurazische” ideologen hebben grote plannen en beloven dat uit die blauwdrukken oneindige welvaart zal vloeien. Maar hoe precies zal men tot dat resultaat komen? Geen antwoord.

Enkele opmerkingen over de Russische omgang met de Islam zijn hier nog op hun plaats, gezien ook in dit verband de krachtdadigheid van Poetin vaak gecontrasteerd wordt met de gefaalde multiculturele politiek in het Westen. Het klopt zeker dat de Russen veel minder tolerant zijn voor de Islam, en voor andere culturen in het algemeen, en ze zijn op een bepaalde manier minder geïndoctrineerd met politieke correctheid.

In Rusland moet men de gewone man niet proberen dwingen respectvol om te gaan met Moslims; indien de overheid dat zou proberen, zouden de etnische Russen meteen op straat komen. Maar dat betekent niet dat de Russische kijk op de Islam werkelijk realistischer is dan de onze.

In overeenkomst met hun collectivistische inslag hangen veel Russen een communitaristische visie aan: ze denken dat de Islam een cultuur is zoals een andere, die uiteraard niet met de Russische te vermengen is, maar toch zijn bestaansrecht heeft.

Ze geloven dat de Moslims tevreden te houden zijn door aan hun eisen toe te geven: zo zijn elementen van de sharia in bepaalde delen van Rusland gelegaliseerd, en in de nasleep van de aanslag op Charlie Hebdo vonden sommige Russische opiniemakers dat gedeeltelijke invoering van de sharia voor Moslims een goed middel was om toekomstige conflicten met Moslims te vermijden.

Met andere woorden: wat de Russen niet begrijpen is dat de Islam altijd op expansie gericht is, en dat de groei van de Islam en Islamitische eisen niet te stoppen zal zijn met toegevingen of “respect”.

En intussen blijft de Islam in Rusland groeien. Onder Poetins bewind zijn miljoenen Islamitische immigranten uit Centraal-Azië Rusland binnengekomen, en ondervindt de etnische Russische bevolking, net zoals die van de West-Europese landen, steeds meer problemen van Moslims die hun manier van leven komen opdringen.

Tsjetsjenië wordt gecontroleerd door een Islamitische potentaat en de Russische bevolking is er nagenoeg verdreven geweest, terwijl de Russische belastingbetaler voor het onderhoud van de deelrepubliek moet betalen.

En net zoals in het Westen kunnen de Moslims in Rusland een sluw dubbel spel spelen: enerzijds klagen ze steen en been over de Russische “onderdrukking” in de hoop nog meer concessies af te dwingen, terwijl ze heel goed weten hoe naïef en toegevend de Russen eigenlijk zijn.

Kortom, de Russische “realpolitik” is evenmin als de Westerse buitenlandpolitiek gemotiveerd door rationeel eigenbelang, en zal daarom minstens even desastreus eindigen als de Westerse. Ze is gemotiveerd door een ideologische fixatie. De Russen geloven dat ze samen met de Aziaten een soort antiwesterse utopie kunnen creëren, terwijl verdere overname van Aziatische elementen van Rusland alleen maar een armere en onveiligere plaats zal maken.

Wat de Russen moeten inzien is dat een beter Rusland alleen te bereiken is via de Westerse deugden van individualisme en rationalisme, de motoren van economische ontwikkelingen die het Westen in twee eeuwen nooit geziene rijkdom hebben gebracht.

En om dat te doen zal Rusland inderdaad in het reine moeten komen met haar verleden, en zal men de schadelijke elementen uit dat verleden moeten leren aanzien voor wat ze zijn. Een moeilijke weg om te volgen, maar uiteindelijk wel de enige weg die naar verlossing van de huidige Russische problemen


Meer van deze auteur

Gerelateerd